maandag 25 maart 2013

Europees Referentiekader

Iedereen die op wat voor manier dan ook een vreemde taal verwerft, wordt er weleens mee geconfronteerd: het Europees Referentiekader, een raamwerk waarmee het kennisniveau van verschillende moderne talen kan worden vergeleken. Je ziet het op alle lesboeken staan en alle taalcursussen vertellen je precies tot welk taalniveau ze je zullen brengen. Maar wat houdt het nu precies in?

Het referentiekader is gebaseerd op vijf taalvaardigheden: lezen, luisteren, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Er zijn verschillende niveaus: A1 en A2 (basisgebruiker), B1 en B2 (onafhankelijke gebruiker) C1 en C2 (vaardige gebruiker). Op beginnersniveau ben je vooral in staat om eenvoudige gesprekken te voeren over jezelf, je familie en je werk. Op B-niveau breiden de vaardigheden zich uit naar actuele onderwerpen en het uiten van meningen. Dan kun je bijvoorbeeld "artikelen en verslagen lezen die betrekking hebben op eigentijdse problemen, waarbij schrijvers een bijzondere houding of standpunt innemen". Ben je een vaardige taalgebruiker op C-niveau dan kun je moeiteloos allerlei teksten lezen, begrijpen en schrijven en verschillende gesprekken, discussies en redeneringen volgen en voeren. Klik hier voor het complete overzicht van alle vaardigheden en niveaus.

Wil je meer weten over het Europees Referentiekader? Kijk dan eens op de website.

Wie om verschillende redenen - werk, inburgering, toelating tot universiteit - een taalcertificaat nodig heeft, kan daarvoor een examen afleggen en op die manier aantonen op welk niveau hij of zij de vreemde taal beheerst. Voor de Italiaanse taal worden dergelijke examens en certificaten aangeboden door de Universita per Stranieri van Siena (het CILS-examen) en Perugia (CELI-examen), maar ook door de Università degli Studi di Roma Tre en de Società Dante Alighieri.
Bij het Istituto di Cultura Italiano in Amsterdam kun je een examen afleggen en zo'n officieel certificaat bemachtigen. Klik hier voor info over inschrijving en dergelijke. In juni 2012 heb ik mij gewaagd aan het CELI-5. Dat is het hoogst haalbare niveau in Perugia. Op het examen worden alle vijf de vaardigheden getoetst. Zo is er een onderdeel begrijpend lezen, moet je zelf een geschreven tekst produceren, krijg je een luisteroefening en een grammaticatoets en moet je een mondeling tentamen afleggen met een Italiaanse docent van het instituut. Ik heb het examen gehaald en mijzelf dus near native noemen.

Zo'n examen is best pittig, want je weet van tevoren niet met wat voor teksten je te maken zult krijgen. Wie zich nog de taalexamens van de middelbare school herinnert, weet wat hem ongeveer te wachten staat. Uiteraard kun je je er wel op voorbereiden: veel oefenen en alle voorgaande examens doornemen. Wil je dat liever niet alleen doen, dan help ik je daar natuurlijk graag bij. En wie weet heb jij dan binnenkort ook zo'n mooi certificaat!

2 opmerkingen:

  1. Moet toch een eitje zijn als je Italiaans hebt gestudeerd? Ga je nog een keer Grado A proberen te halen?

    Ik als ingevoerde leek vind trouwens dat er een C2A en een C2M moet zijn. C2A is zoals het nu is, academische taalvaardigheid. C2M is moedertaal. Het overlapt elkaar wel, maar er zullen ook verschillen zijn: veel moedertaalsprekers zullen academische teksten niet kunnen lezen en veel mensen die dat wel kunnen zullen bijv. bepaalde uitdrukkingen en spreekwoorden niet kennen. Wat vind jij ?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ciao Rene,

    de definitie die Van Dale geeft van moedertaal is: taal waarin iem. het spreken geleerd heeft, eigen taal. Het zegt dus niets over de mate waarin je een taal beheerst. Ik zie dus niet in waarom er een C2M, of 'moedertaal-niveau' zou moeten zijn.

    Groeten,
    Miriam

    BeantwoordenVerwijderen